Logistiek berekend | Leerplandoelstellingen

LEERPLANDOELSTELLINGEN

Algemene eindtermen wiskunde (alle netten)

De leerlingen kunnen:

  • Eenvoudig mathematiseerbare problemen kunnen ontleden (onderscheid maken tussen gegevens en gevraagde, de relevantie van de gegevens nagaan en verbanden leggen tussen) en vertalen naar een passende wiskundige context.
  • Wiskundige problemen planmatig kunnen aanpakken (door eventueel hiërarchisch op te splitsen in deelproblemen).
  • Bij het oplossen van wiskundige problemen kritisch kunnen reflecteren over het oplossingsproces en het eindresultaat.
  • Voorbeelden kunnen geven van reële problemen die met behulp van wiskunde kunnen worden opgelost.
  • Kennis, inzicht en vaardigheden die ze verwerven in de wiskunde bij het verkennen, vertolken en verklaren van problemen uit de realiteit gebruiken.

De leerlingen:

  • leggen een zin voor nauwkeurigheid aan de dag bij het hanteren en het toepassen van wiskunde.
  • zijn gericht op samenwerking om de eigen mogelijkheden te vergroten

VAKOVERSCHRIJDENDE EINDTERMEN

STAM:

  • 1: Lln brengen belangrijke elementen van communicatief handelen in praktijk (communicatief vermogen).
  • 2: Lln kunnen originele ideeën en oplossingen ontwikkelen en uitvoeren (creativiteit).
  • 4: Lln blijven, ondanks moeilijkheden, een doel nastreven (doorzettingsvermogen).
  • 8: Lln benutten leerkansen in diverse situaties (exploreren).
  • 11: Lln kunnen gegevens, handelwijzen en redeneringen ter discussie stellen a.d.h. van relevante criteria (kritisch denken).
  • 12: Lln zijn bekwaam om alternatieven af te wegen en een bewuste keuze te maken.
  • 13: Lln kunnen onderwerpen benaderen vanuit verschillende invalshoeken.
  • 18: Lln gedragen zich respectvol (respect).
  • 19: Lln dragen actief bij tot het realiseren van gemeenschappelijke doelen (samenwerken).
  • 20: Lln nemen verantwoordelijkheid op voor het eigen handelen, in relaties met anderen en in de samenleving (verantwoordelijkheid).
  • 25: Lln stellen kwaliteitseisen aan hun eigen werk en aan dat van anderen (zorgvuldigheid).

CONTEXT:

Context 1:  Lichamelijke gezondheid en veiligheid

  • 4: Lln nemen een ergonomische en gevarieerde sta-, zit-, werk- en tilhouding aan.
  • 11: Lln passen veiligheidsvoorschriften toe en nemen voorzorgen voor een veilige leef- en werkomgeving.

Context 4: omgeving en duurzame ontwikkeling

  • 2: Lln herkennen in duurzaamheidsvraagstukken de verwevenheid tussen economische, sociale en ecologische aspecten en herkennen de invloed van techniek en beleid.

Context 6: Socio-economische samenleving

  • 5: Lln geven voorbeelden van het veranderlijke karakter van arbeid en economische activiteiten.
  • 6: Lln geven voorbeelden van factoren die de waardering van goederen en diensten beïnvloeden.

LEREN LEREN:

  • 4: De leerlingen kunnen verwerkte informatie vakoverstijgend en in verschillende situaties functioneel toepassen.
  • 5: De leerlingen kunnen informatie samenvatten.
  • 6: De leerlingen kunnen op basis van hypothesen en verwachtingen mogelijke oplossingswijzen realistisch inschatten en uitvoeren.
  • 7: De leerlingen evalueren de gekozen oplossingswijze en de oplossing en gaan eventueel op zoek naar een alternatief.

LEERPLANDOELSTELLINGEN

Go! AV Economie (2005/089)

Algemene Doelstellingen

ACCURATESSE:

  • in staat zijn binnen de voorgeschreven tijd een taak nauwkeurig uitvoeren, voltooien en afwerken volgens de vooropgestelde eisen;
  • in staat zijn om eenvoudige fouten op te sporen en te herstellen;
  • aandacht besteden aan de oorzaak van de fout;
  • eventuele voorstellen tot aanpassing kunnen formuleren om die fouten in de toekomst te vermijden.

RESULTAATGERICHTHEID:

  • in staat zijn binnen een bepaalde tijd een vooropgesteld resultaat te bereiken.

ZIN VOOR SAMENWERKING:

  • in staat zijn om gemeenschappelijk aan eenzelfde taak te werken;
  • bereid zijn om het werk te bespreken.

OVSG TV Toegepaste informatica (0/2/2011/303)

Algemene vakdoelstellingen

  • het aanleren van een gestructureerde werkmethode
  • een grondige analyse van de opdracht
  • een kritische kijk op verschillende oplossingstechnieken
  • een kritische kijk op de voorgestelde oplossingen
  • het oefenen van de sociale vaardigheden door de oplossing te verdedigen, aan te passen
  • het oefenen in het maken van een duidelijk en verzorgd resultaat

KOV(D/2017/13.758/006)

Bedrijfseconomie

  • LPD 148 Het begrip voorraad toelichten, in relatie met klanten en leveranciers.
  • LPD 149 Het doel van de voorraadadministratie en de belangrijkste begrippen in verband met voorraad toelichten.

VAKOVERSCHRIJDENDE EINDTERMEN

STAM:

  • 1: lln brengen belangrijke elementen van communicatief handelen in praktijk (communicatief vermogen).
  • 4: lln blijven, ondanks moeilijkheden, een doel nastreven (doorzettingsvermogen).
  • 8: lln benutten leerkansen in diverse situaties (exploreren).
  • 18: lln gedragen zich respectvol (respect).
  • 19: lln dragen actief bij tot het realiseren van gemeenschappelijke doelen (samenwerken).
  • 20: lln nemen verantwoordelijkheid op voor het eigen handelen, in relaties met anderen en in de samenleving (verantwoordelijkheid).
  • 25: lln stellen kwaliteitseisen aan hun eigen werk en aan dat van anderen (zorgvuldigheid).

CONTEXT:

Context 1: Lichamelijke gezondheid en veiligheid

  • 4: nemen een ergonomische en gevarieerde sta-, zit-, werk- en tilhouding aan.
  • 11: passen veiligheidsvoorschriften toe en nemen voorzorgen voor een veilige leef- en werkomgeving.

Context 5: Politiek-juridische samenleving

  • 13: geven voorbeelden die duidelijk maken hoe mondialisering voordelen, problemen en conflicten inhoudt.

Context 6: Socio-economische samenleving

  • 5: geven voorbeelden van het veranderlijk karakter van arbeid en economische activiteiten.
  • 6: geven voorbeelden van factoren die de waardering van goederen en diensten beïnvloeden.

LEREN LEREN:

  • 4: De leerlingen kunnen verwerkte informatie vakoverstijgend en in verschillende situaties functioneel toepassen.
  • 14: De leerlingen zijn bereid alle studierichtingen en beroepen naar waarde te schatten.

LEERPLANDOELSTELLINGEN

Go!AV Economie; 2006/042

Attitudes beroepshouding:

  • Zin voor samenwerking: willen bijdragen tot een leef- en werkomgeving als gemeenschap van mensen;
  • Leergierigheid: actief zoeken naar situaties om zijn competentie te verbreden en te verdiepen, zich door middel van actualiteit op de hoogte houden van nieuwe gegevens;
  • Resultaatgerichtheid: gedreven naar het einddoel van de activiteit toewerken;
  • Zelfstandigheid en zin voor initiatief: zelfstandig aan een taak kunnen werken en problemen durven aanpakken;
  • Ruime en actieve belangstelling tonen voor alle aspecten van economie, de theorie kunnen toetsen aan de werkelijkheid.

Naast de kennishouding moeten de leerlingen:

  • Zelfstandig problemen kunnen aanpakken door het aankweken van onder andere de volgende attitudes:
    • aanpassingsvermogen;
    • kritisch-ethische opstelling;
    • efficiëntie, productiviteit en zelfwerkzaamheid;
    • zin voor afwerking, orde, netheid en nauwkeurigheid (ook op het vlak van talen);
    • algemene belangstelling, breeddenkendheid en openheid;
    • concentratievermogen, doorzettingsvermogen en beslissingsvermogen;
    • kunnen luisteren, afspraken naleven;
    • verantwoordelijkheidszin;
    • zin voor objectiviteit, waarheid en eerlijkheid, rechtvaardigheid;
    • zin voor bescheidenheid;
    • bereidheid eigen fouten te verbeteren.

OVSG

Wiskunde (0/2/2006/425):

Algemene vaardigheden en attitudes:

  • Wiskundige problemen planmatig kunnen aanpakken (door eventueel hiërarchisch op te splitsen in deelproblemen).
  • Voorbeelden kunnen geven van reële problemen die met behulp van wiskunde kunnen worden opgelost.
  • Kennis, inzicht en vaardigheden verworven in wiskunde bij het verkennen, vertolken en verklaren van problemen uit de realiteit kunnen gebruiken.
  • Een zin voor nauwkeurigheid aan de dag leggen bij het handteren en toepassen van wiskunde
  • Gericht zijn op samenwerking om de eigen mogelijkheden te vergroten.

KOV

Wiskunde (D/2004/0279/019): Algemene eindtermen

De leerlingen kunnen:

  • Wiskundige problemen planmatig aanpakken (door eventueel hiërarchisch op te splitsen in deelproblemen).
  • Voorbeelden geven van reële problemen die met behulp van wiskunde kunnen worden opgelost.
  • Kennis, inzicht en vaardigheden die ze verwerven in wiskunde bij het verkennen, vertolken en verklaren van problemen uit de realiteit gebruiken.

De leerlingen:

  • Leggen een zin voor nauwkeurigheid aan de dag bij het hanteren en het toepassen van wiskunde.
  • Zijn gericht op samenwerking om de eigen mogelijkheden te vergroten.

VAKOVERSCHRIJDENDE EINDTERMEN

STAM:

  • 1: Lln brengen belangrijke elementen van communicatief handelen in praktijk (communicatief vermogen).
  • 4: Lln blijven, ondanks moeilijkheden, een doel nastreven (doorzettingsvermogen).
  • 8: Lln benutten leerkansen in diverse situaties (exploreren).
  • 18: Lln gedragen zich respectvol (respect).
  • 19: Lln dragen actief bij tot het realiseren van gemeenschappelijke doelen (samenwerken).
  • 20: Lln nemen verantwoordelijkheid op voor het eigen handelen, in relaties met anderen en in de samenleving (verantwoordelijkheid).
  • 25: Lln stellen kwaliteitseisen aan hun eigen werk en aan dat van anderen (zorgvuldigheid).

CONTEXT:

Context 1: Lichamelijke gezondheid en veiligheid

  • 4: Lln nemen een ergonomische en gevarieerde sta-, zit-, werk- en tilhouding aan.
  • 11: Lln passen veiligheidsvoorschriften toe en nemen voorzorgen voor een veilige leef- en werkomgeving.

Context 5: Politiek-juridische samenleving

  • 13: Lln geven voorbeelden die duidelijk maken hoe mondialisering voordelen, problemen en conflicten inhoudt.

Context 6: Socio-economische samenleving

  • 5: Lln geven voorbeelden van het veranderlijk karakter van arbeid en economische activiteiten.
  • 6: Lln geven voorbeelden van factoren die de waardering van goederen en diensten beïnvloeden.

LEREN LEREN:

  • 4: De leerlingen kunnen verwerkte informatie vakoverstijgend en in verschillende situaties functioneel toepassen.
  • 14: De leerlingen zijn bereid alle studierichtingen en beroepen naar waarde te schatten.